Atletiek: hoogspringen

Techniek Niveau 1

Het is voor jou nog te moeilijk om de aanloop, afstoot en sprong in één vlotte beweging uit te voeren.

Je loopt aan, stopt en voet de sprong al stappend uit.

Jij kan met een korte aanloop over een elastiek springen. Dit doe je met een minder krachtige afstoot.

Jij kan met een korte aanloop over een elastiek springen. Dit doe je met een krachtige afstoot en je springt over de elastiek.

Jij kan met een korte aanloop over een elastiek springen. Dit doe je met een krachtige afstoot en je springt hoog over de elastiek, hoger dan nodig is.

Afstand Niveau 3

< 0,60 m

0,60 m-0,70 m

Jij kan hoogspringen en springt hierbij tussen 0,60 m-0,70 m hoog. Probeer extra te oefenen om nog hoger te kunnen springen.

0,75 m-0,85 m

>0,90 m

Techniek Niveau 2

Het is voor jou nog te moeilijk om de aanloop, afstoot en schaarsprong in één vlotte beweging uit te voeren.

Je loopt aan, stopt en voert de schaarsprong uit stand uit.

Je loopt aan, stopt en voert de schaarsprong al stappend uit.

Jij kan een schaarsprong uitvoeren maar dit doe je met een te trage aanloop. Je afstoot mag nog krachtiger zijn waardoor je hoger gaat kunnen springen.

Jij kan aanlopen, afstoten en een schaarsprong uitvoeren. Je benen zijn meestal lang tijdens de sprong.

Jij kan aanlopen, krachtig afstoten en een schaarsprong uitvoeren. Je benen zijn lang tijdens de sprong.