Volleybal

Spel


Samenspel	Je team ... begrijpt nog niet wanneer je de bal mag vangen en wanneer je bovenhands moet spelen. speelt direct over het net en nog niet in tweeën of drieën.	Het lukt je team om … soms de 1^e bal, die over het net komt, te vangen. soms de bal in tweeën of drieën over het net te krijgen.	Het lukt je team …. regelmatig de 1^e bal die over het net komt, te vangen. om in drieën te spelen en de derde bal van dichtbij het net over het net te spelen om soms in een driehoekje samen te spelen.	Het lukt je team om …. regelmatig in een driehoekje samen te spelen. soms een set-up te geven door een van de voorspelers.	Je team zet een aanval op in drieën via een driehoekje, waarbij de netspeler de set-up langs het net naar een andere speler speelt.
Bovenhandse techniek	Je kan de bal boven hoofd/ooghoogte vangen en de bal daarna uitstoten. Je krijgt de bal nog niet op de plek waar je 'm wilt hebben.	Je kan de bal boven hoofd/ooghoogte vangen, optippen en daarna met de bovenhandse techniek (driehoekje) spelen. Dit gebeurt nog met platte handen (hard contact). Je krijgt de bal op de plek waar je ‘m wilt hebben.	Je kan de bal boven hoofd/ooghoogte vangen, optippen en daarna met de bovenhandse techniek (driehoekje) spelen. Dit gebeurt met de vingertoppen (zacht contact). Je speelt de bal met een boogje, waarbij de bal soms aankomt.	Je kan de bal direct met de vingertoppen (zacht contact) (driehoekje) spelen zonder de bal op te tippen. Je kan de bal regelmatig met een hoge boog naar voren spelen.	Je speelt de bal direct met de bovenhandse techniek. Je kan de bal bewust naar of langs het net plaatsen.
Serveren onderhands	Je serveert regelmatig in het net.	Je serveert soms over het net in het veld.	Je serveert bijna alle ballen over het net in het veld.	Je serveert op de open plekken.	Je serveert afwisselend hard en geplaatst.
Onderhandse techniek	Je speelt ballen uit en hebt nog geen controle over de balrichting	Je kan een eenvoudig geplaatste bal ontvangen en het lukt soms om deze naar een medespeler te passen.	Je kan een bal ontvangen en kan deze gericht passen naar een medespeler.	Je kan moeilijke en hard geplaatste ballen passen naar een medespeler	Je duikt naar moeilijk geplaatste ballen en het lukt soms om deze naar een medespeler te passen.

Samenspel

Je team ...

begrijpt nog niet wanneer je de bal mag vangen en wanneer je bovenhands moet spelen.

speelt direct over het net en nog niet in tweeën of drieën.

Het lukt je team om …

soms de 1^e bal, die over het net komt, te vangen.

soms de bal in tweeën of drieën over het net te krijgen.

Het lukt je team ….

regelmatig de 1^e bal die over het net komt, te vangen.

om in drieën te spelen en de derde bal van dichtbij het net over het net te spelen

om soms in een driehoekje samen te spelen.

Het lukt je team om ….

regelmatig in een driehoekje samen te spelen.

soms een set-up te geven door een van de voorspelers.

Je team zet een aanval op in drieën via een driehoekje, waarbij de netspeler de set-up langs het net naar een andere speler speelt.

Bovenhandse techniek

Je kan de bal boven hoofd/ooghoogte vangen en de bal daarna uitstoten.

Je krijgt de bal nog niet op de plek waar je 'm wilt hebben.

Je kan de bal boven hoofd/ooghoogte vangen, optippen en daarna met de bovenhandse techniek (driehoekje) spelen. Dit gebeurt nog met platte handen (hard contact).

Je krijgt de bal op de plek waar je ‘m wilt hebben.

Je kan de bal boven hoofd/ooghoogte vangen, optippen en daarna met de bovenhandse techniek (driehoekje) spelen. Dit gebeurt met de vingertoppen (zacht contact).

Je speelt de bal met een boogje, waarbij de bal soms aankomt.

Je kan de bal direct met de vingertoppen (zacht contact) (driehoekje) spelen zonder de bal op te tippen.

Je kan de bal regelmatig met een hoge boog naar voren spelen.

Je speelt de bal direct met de bovenhandse techniek.

Je kan de bal bewust naar of langs het net plaatsen.

Serveren onderhands

Je serveert regelmatig in het net.

Je serveert soms over het net in het veld.

Je serveert bijna alle ballen over het net in het veld.

Je serveert op de open plekken.

Je serveert afwisselend hard en geplaatst.

Onderhandse techniek

Je speelt ballen uit en hebt nog geen controle over de balrichting

Je kan een eenvoudig geplaatste bal ontvangen en het lukt soms om deze naar een medespeler te passen.

Je kan een bal ontvangen en kan deze gericht passen naar een medespeler.

Je kan moeilijke en hard geplaatste ballen passen naar een medespeler

Je duikt naar moeilijk geplaatste ballen en het lukt soms om deze naar een medespeler te passen.