LO2 - Turnen - Springen (steunsprongen)

Log in om deze rubric te printen of binnen jouw account aan te passen.

Bron; SLO - LO2 Toetsvoorbeelden van praktische opdrachten.

A1. Steunsprongen. Spreidsprong met afzet van reutherplank over kastlengte

Onvoldoende

 Je komt tot zit op de kast of raakt de kast met zitvlak of dijbenen.

Voldoende

 Je springt over de kast zonder kast met zitvlak of dijbenen te raken.

Goed

 Je zweeft hoog gestrekt aan (hielen hoger dan zitvlak).
 Je landt in balans net achter de kast.
 Je wordt geholpen bij de landing.

Uitstekend

 Je kaatst zichtbaar af met je handen.
 Je zweeft ruim af.
 Je landt in balans ruim achter de kast.

A2. Steunsprongen. Arabier met afzet van minitrampoline over kast/tafelbreedte

Onvoldoende

 Je maakt een lage hurkwendsprong over de kast/tafel.

Voldoende

 Je maakt een hoge hurkwendsprong waarbij benen over het steunpunt (handen) gaan.

Goed

 Je maakt een gestrekte arabier waarbij de benen gestrekt en recht boven het steunpunt (handen) gaan.

Uitstekend

 Je maakt een gestrekte arabier met een ruime aanzweef naar en afzweef van (kaatsmoment) de kast.
 Je landt in balans ruim achter de kast

A3. Steunsprongen. Handstandoverslag met afzet van minitrampoline over kastbreedte

Onvoldoende

 Je maakt een handstandoverslag met veel hulp en ingetrokken armen en benen.

Voldoende

 Je maakt een gestrekte overslag met hulp van hulpverleners met gestrekte armen (afzet).

Goed

 Je maakt een gestrekte overslag met ruime aanzweef naar de kast.
 Je wordt geholpen bij de landing.

Uitstekend

 Je maakt een ruime gestrekte overslag met ruime aanzweef naar en een afzweef van (kaatsmoment) de kast.
 Je landt in balans ruim achter de kast