HNE_basis-leervaardigheden_LO2_klas_3/4

Basis-leervaardigheden

1. Communiceren (Overleggen met anderen)

Onvoldoende

 Je overlegt af en toe met anderen zodat activiteiten beter lopen.

Voldoende

 Je overlegt regelmatig met anderen zodat activiteiten beter lopen.

Goed

 Je overlegt vaak met anderen zodat activiteiten beter lopen.

Uitstekend

 Je overlegt vaak met anderen zodat er wordt geleerd bij activiteiten.

2. Samenwerken

Onvoldoende

 Je werkt bij voorkeur samen met bevriende klasgenoten.
 Je helpt anderen alleen wanneer dat gevraagd wordt.

Voldoende

 Je werkt samen met alle klasgenoten.
 Je helpt anderen regelmatig vanuit eigen initiatief

Goed

 Je nodigt groepsleden uit om hun inbreng te geven.  Je houdt rekening met de kwaliteiten en gevoelens van anderen.

Uitstekend

 Je spreekt indien nodig anderen op respectvolle wijze aan op hun gedrag.

3. Informatie verwerven en verwerken

Onvoldoende

 Je stelt niet of weinig vragen.

Voldoende

 Je stelt regelmatig vragen.

Goed

 Je past de gekregen informatie toe

Uitstekend

 Je helpt anderen bij gekregen informatie.

4. Omgaan met regels

Onvoldoende

 Je sportspullen zijn niet altijd in orde.
 Je houdt je niet altijd aan afgesproken regels.

Voldoende

 Je sportspullen zijn meestal in orde.
 Je houdt je aan afgesproken regels onder toezicht van de docent

Goed

 Je sportspullen zijn altijd in orde.
 Je houdt je zelfstandig aan afgesproken regels.

Uitstekend

 Je spreekt anderen aan op naleving van afgesproken regels.

5. Omgaan met winst en verlies

Onvoldoende

 Je gaat slecht om met winst en verlies.

Voldoende

 Je gaat goed om met eigen winst en verlies.

Goed

 Je relativeert het belang van winst en verlies naar anderen.

Uitstekend

 Je wijst anderen op goed omgaan met winst en verlies.

6. Reflecteren

Onvoldoende

 Je geeft slechts van een aantal beweeg- en regelactiviteiten aan wat jou daarin aanspreekt of niet.

Voldoende

 Je geeft van de meeste beweeg en regelactiviteiten aan wat jou daarin aanspreekt of niet.

Goed

 Je hebt kijk op jezelf welke beweeg- en regelactiviteiten je wel kan en wil en wat niet.

Uitstekend

 Je hebt kijk op wat anderen zouden kunnen en willen.