Duurlopen
Je kiest een te hoog of te laag start tempo
Je kiest een tempo waarin je weinig verschilt van je vaste tempo.
Je laat je bij het tempo kiezen soms leiden door andere lopers i.p.v. je loopschema.
Je kiest snel tempo dat dicht tegen je vaste tempo aan zit.
Je laat je daarbij leiden en soms corrigeren door je eigen loopschema aangegeven door je coach
Je kiest meteen een vast loopschema dat je gedurende de hele race kan volhouden.
Je kiest het vaste tempo zonder dat je daarbij door je coach moet worden aangestuurd
Je houdt een hardlooptempo niet de hele race vol en wisselt af met wandelen.
Je blijft in een hardlooptempo met tempowisselingen. Het verschil tussen de snelste en langzaamste ronde van 200 m is meer dan 10 seconde.
Je blijft in hardlooptempo met geringe tempowisselingen.
Het verschil tussen de langzaamste en de snelste ronde is minder dan 10 seconde
Je blijft in een constant hardlooptempo.
Het verschil tussen de langzaamste en de snelste ronde is minder dan 5 seconde
Je houdt de ronde tijden niet goed bij en geeft niet op tijd rijden door.
Je houdt nauwkeurig de rondetijden bij en geeft rondetijden duidelijk door.
Je moedigt de loper aan.
Je coacht de leerling tijdig met indien nodig aanwijzingen zijn tempo aan te passen/te behouden