Slaan techniek
Ik kan een zwaaiende beweging maken richting de bal
Aandachtspunten
- Mijn goede hand zit bovenop
- Mijn handen raken elkaar
Ik kan met een zwaaiende beweging soms de bal raken
Aandachtspunten
- Mijn gewicht boven mijn achterste been
- Bal ligt op navelhoogte
Ik kan de bal soms raken, en geef vaart mee aan de bal
- De bal komt altijd binnen de honken honk 1 en 3
- Ik kan al wat snelheid meegeven aan de bal.
Aandachtspunten
- Ik begin met mijn gewicht boven mijn achterste been
- Tijdens beweging gaat mijn gewicht naar mijn voorste been
Ik kan de bal vaak raken:
- Ik kan een beetje richting geven
- Bal stuitert pas na 10 meter.
Aandachtspunten
- De bal op de sweet spot van de knuppel
- Ik kan mijn handen omklappen zodat ik op techniek kracht krijg.
- Mijn gewicht gaat tijdens de slag van mijn achterste naar mijn voorste been
Ik kan de bal altijd met de juiste snelheid raken
- Ik kan de bal krijgen op de plek waar ik de bal wil hebben
- Ik kan verbergen waar ik de bal heen ga slaan
Aandachtspunten
- Ik heb eerst heupactie en dan komt mijn schouders en dan mijn armen
- Mijn handen klappen om, om de bal snelheid te geven
Slaan resultaat
Ik sta met de zijkant van mijn schouder richting het speelveld
Aandachtspunten
- Mijn voeten wijzen naar het statief en staan op schouderbreedte
Ik ben in staat de bal een enkele keer te slaan met de juiste snelheid en richting
Aandachtspunten
- Ik kan met mijn schouder wat naar links of rechts staan zodat ik wat richting kan geven aan de bal
Ik ben in staat de bal soms met de juiste snelheid en richting te slaan.
Aandachtspunten
- Ik kan mijn schouders en voeten indraaien zodat ik richting kan geven aan de bal
Ik ben in staat de bal bewust te slaan met de juiste snelheid en richting
Aandachtspunten
- Het is niet helemaal zichtbaar waar ik heen sla
Ik ben in staat de bal bewust te slaan met de juiste snelheid, richting en diepte
Aandachtspunten
- Ik verberg tot het laatste moment waar ik de bal heen sla