Tijgersprong

Tijgersprong

1. Sprong

1

Tijgersprong

  • Mijn handen staan voor het midden van de plint, en doe een tussenlanding op mijn kniën + spreid af.

2

Tijgersprong

  • Mijn handen staan over het midden van de plint, en doe een tussenlanding op mijn voeten + spreid af.

3

Tijgersprong

  • Mijn handen staan op het einde van de plint, ik raak de plint niet met een ander lichaamsdeel.

4

Tijgersprong

  • Mijn handen staan op het einde van de plint, ik raak de plint niet met een ander lichaamsdeel en tijdens de zweeffase zijn lijn benen aangesloten.

2. Landing

1

Ik land niet op mijn voeten.

2

Ik land op mijn voeten maar kan niet blijven staan.

3

Ik land op mijn voeten, maar moet kleine correcties uitvoeren om stabiel te staan (>2 stappen)

4

Ik land stabiel op mijn voeten en moet (bijna) niet meer corrigeren (<2 stappen).