Tipsalto vanaf de kast in de minitrampoline op een schuin vlak.
Je start in de minitrampoline.
Je springt in vanaf de kast en tijdens het inspringen zijn je handen al op de mat.
Je springt in vanaf de kast en tijdens het inspringen zijn je handen schuin boven de mat.
Je springt in vanaf de kast en tijdens het inspringen is je lichaam volledig gestrekt met je armen hoog.
Na drie keer veren zet je met twee voeten in het midden van de minitrampoline af met je handen op de mat.
Je zet met twee voeten af in het midden van de minitrampoline en je handen maken te lang contact op de mat.
Je zet met twee voeten af in het midden van de minitrampoline en je handen maken lang contact op de mat.
Je zet met twee voeten krachtig af in het midden van de minitrampoline en je vingers maken een korte en snelle tip op de mat.
Je maakt een koprol.
Je vergeet jezelf klein te maken in de lucht, je kin is onvoldoende op je borst en je knieën zijn te weinig ingetrokken.
Je maakt jezelf voldoende klein in de lucht, door je kin op je borst te doen en je knieën in te trekken.
Je hebt de controle (timing) om je in de lucht op tijd klein te maken en ook weer op tijd uit te strekken.
Je eindigt op je voeten.
Bij de landing val je op je rug/billen.
Bij de landing land je op je voeten maar ben je niet in balans.
Bij de landing land je op je voeten en ben je in balans.