Log in om deze rubric te printen of binnen jouw account aan te passen.
Niveau zorg
|
Niveau 1
|
Niveau 2
|
Niveau 3
|
|
---|---|---|---|---|
Kiezen van een startplek en het aanlopen richting de afzetplek | Je aanloop is elke keer anders aan en er is geen vaste afzetplek. |
Je loopt wel in de goede richting, maar in een wisselend tempo aan. |
Je loopt in de goede richting aan en in een oplopend tempo. |
Je versneld in je aanloop, waarbij je laatste passen zeer actief zijn waardoor je de aanloopsnelheid kan omzetten in hoogte. Je experimenteert wat werkt. |
Het afzetten voor de sprong mbt het loskomen van de grond | Je zet met twee voeten af of je afzet is met één voet maar soms zet je nog af met het verkeerde afzetbeen. |
Je afzet is met één voet, je gebruikt het juiste afzetbeen, maar je moet er nog heel bewust over nadenken. |
Je afzet is steeds met één voet en dit is al redelijk onbewust en met het juiste afzetbeen. |
Je afzet is met één voet, steeds de juiste afzetbeen, waarbij je de snelheid van de aanloop kan omzetten in de hoogte. |
Het passeren van de hoogte mbt het ontwijken van de lijn | Je gebruikt niet tot nauwelijks een knie of arm inzet. |
Je maakt gebruik van een redelijke knie en arm inzet |
Je maakt gebruik van een goede knie en arm inzet waardoor je hoger gaat springen |
Je maakt heel krachtig gebruik van een goede knie en arm inzet waardoor je hoger gaat springen |
Het landen op de mat mbt het veilig opvangen van de sprong | Je landt niet op je voeten of je landt op één voet en verliest daarna de balans. |
Je landing op de mat is op één voet maar nog instabiel. |
Je landing is op één voet en redelijk stabiel. |
Je landing is op één voet en volledig stabiel. |
Je aanloop is elke keer anders aan en er is geen vaste afzetplek.
Je loopt wel in de goede richting, maar in een wisselend tempo aan.
Je loopt in de goede richting aan en in een oplopend tempo.
Je versneld in je aanloop, waarbij je laatste passen zeer actief zijn waardoor je de aanloopsnelheid kan omzetten in hoogte. Je experimenteert wat werkt.
Je zet met twee voeten af of je afzet is met één voet maar soms zet je nog af met het verkeerde afzetbeen.
Je afzet is met één voet, je gebruikt het juiste afzetbeen, maar je moet er nog heel bewust over nadenken.
Je afzet is steeds met één voet en dit is al redelijk onbewust en met het juiste afzetbeen.
Je afzet is met één voet, steeds de juiste afzetbeen, waarbij je de snelheid van de aanloop kan omzetten in de hoogte.
Je gebruikt niet tot nauwelijks een knie of arm inzet.
Je maakt gebruik van een redelijke knie en arm inzet
Je maakt gebruik van een goede knie en arm inzet waardoor je hoger gaat springen
Je maakt heel krachtig gebruik van een goede knie en arm inzet waardoor je hoger gaat springen
Je landt niet op je voeten of je landt op één voet en verliest daarna de balans.
Je landing op de mat is op één voet maar nog instabiel.
Je landing is op één voet en redelijk stabiel.
Je landing is op één voet en volledig stabiel.