Scheidsrechteren leerjaar 2 (bewegen regelen)

Log in om deze rubric te printen of binnen jouw account aan te passen.

Het fluiten/ scheidsrechteren van een wedstrijd badminton

Rol als scheidsrechter

O

Ik neem de rol als scheidsrechter niet serieus en ik heb geen controle over de wedstrijd. Klasgenoten luisteren niet naar mij.

V

Ik neem de rol als scheidsrechter serieus en ik kan de wedstrijd begeleiden. Klasgenoten luisteren vaak/ altijd naar mij.

G

Ik ben actief aanwezig als scheidsrechter en heb de controle over de wedstrijd. Klasgenoten luisteren vaak/ altijd naar mij en ik weet wat ik moet doen als dit niet gebeurd.

Spelregelkennis

O

Ik ken de spelregels onvoldoende en kan deze (vaak) niet toepassen.

V

Ik ken de spelregels en kan deze meestal toepassen.

G

Ik ken de spelregels en kan deze (bijna) altijd toepassen. Ik kan de regels uitleggen als iets onduidelijk is.

Ingrijpen of beslissing nemen

O

Ik durf niet in te grijpen of een beslissing te nemen.

V

Ik durf vaak een beslissing te nemen en weet wanneer ik moet ingrijpen.

G

Ik durf altijd een beslissing te nemen en weet wanneer ik moet ingrijpen. Ik kan een keuze uitleggen aan een speler.

Uitslag bijhouden

O

Ik kan de stand niet goed bijhouden en weet meestal niet hoeveel het staat.

V

Ik kan de stand bijhouden en weet altijd hoeveel het staat.

G

Ik kan de stand bijhouden en weet altijd hoeveel het staat. Ik roep de stand na een gemaakte punt.